- Biscuit: Klop de eiwitten met een snuf zout stijf, voeg geleidelijk de suiker toe en klop tot stevig glanzend schuim. Spatel de gemalen noten en bloem erdoor. Bak 5 dunne plakken (bijvoorbeeld in een rechthoekige vorm of op bakpapier) in een voorverwarmde oven van 180 °C, ca. 12–15 minuten per plak.
- Crème: Klop eidooiers met suiker en melk au bain-marie tot een dikke custard. Laat afkoelen. Klop de boter romig en voeg beetje bij beetje de custard en vanille toe tot een gladde botercrème.
- Opbouwen: Stapel de biscuitlagen met telkens een laag botercrème ertussen. Houd wat crème achter voor de zijkanten.
- Glazuur: Meng poedersuiker met heet water tot een glad wit glazuur en bestrijk de bovenkant. Trek lijnen met gesmolten chocolade en maak met een satéprikker een spinmotief.
- Afwerken: Bestrijk de zijkanten met de resterende crème en druk er amandelschaafsel tegenaan.
- Serveren: Snijd in elegante plakjes en serveer met koffie of dessertwijn.
Tips 💡
- Gebruik hazelnoten voor de klassieke smaak, maar amandelen geven een subtielere variant.
- Laat de taart een paar uur opstijven in de koelkast voor het mooiste snijresultaat.
- Voor een lichtere crème: vervang de botercrème door een banketbakkersroom met slagroom.
Conclusie ✨
Esterházy-plakjes zijn een waar kunstwerk van smaken en texturen: luchtig, romig en elegant.
Een feestelijk gebak dat niet alleen heerlijk smaakt, maar er ook indrukwekkend uitziet.
